Een hoofdgerecht van Mari Maris is over het algemeen niet doorsnee, laat staan saai. Dat geldt ook voor dit recept uit haar laatst verschenen boek ‘Maison Mari’ en het is geheel vega. Het bestaat uit twee onderdelen; molsla-aardappelpastei en gesauteerde pastinaak.
Voor 2 personen heb je nodig:
- 320 gram molsla, fijngesneden*
- 1 kleine ui, gesnipperd
- 1 à 2 tenen knoflook, gehakt
- 400 gram aardappelen, in fijne brunoise
- 3 volle el sud ’n soltomaatjes, in reepjes
Voor het deeg:
- 180 gram bloem
- Ongeveer 80 gram boter
- 1 volle tl honing
- Ongeveer 0,8 dl wijn
- 2 kleine eieren
- 100 gram oude pecorino of 3 jaar oude schapenkaas, geraspt; half grof/half fijn
- 80 gram ricotta
*Te vervangen door groenlof of 2 delen friseesla/andijvie en 1 deel witlof.
Zo maak je het klaar:
- Dompel de molsla onder in een ruime braadpan kokend water, giet af en druk het vocht er goed uit.
- Veeg de pan droog en zet hem terug op het vuur. Fruit er de ui en de knoflook in met een beetje olie. Voeg als alles glazig is de aardappelen toe, en nog een beetje olie, schep goed om en voeg zodra ze glanzen de molsla toe. Laat in een paar minuten mooi zacht worden. Meng er sud ’n soltomaatjes door en laat het mengsel iets afkoelen.
- Kneed ondertussen een deeg van de bloem, boter, honing, 0,4 deciliter wijn, 1 klein ei en peper en zout. Als het deeg te droog is, mag er nog wat wijn (of water) bij. Doe dat wel in porties die steeds eerst helemaal worden doorgekneed, zodat u het deeg niet per ongeluk te plakkerig maakt.
- Rol het deeg uit tot één passende en één iets grotere cirkel, beide van 2 millimeter dik, of als u individuele pasteitjes maakt tot 8 ronde lapjes van twee maten (dus 2 per persoon).
- Bekleed ingevette ovenschaaltjes met een iets te grote lap deeg, zodat u een overhangend randje hebt.
- Meng het laatste ei, de geraspte kaas en ricotta door de molsla. Stort de vulling op het deeg en dek de taart goed af met de kleinere cirkel. Vouw de overlap er overheen en knijp hem rondom een beetje dicht. Bestrijk met water en bak de pastei in ongeveer 40 minuten goudbruin in een oven van 180 graden (eventueel tegen het einde met wat extra bovenwarmte). Houd hem iets bleker als hij voor later zorg is en nog ene keer terug de oven in moet.
De pastei kan zowel warm als afgekoeld worden geserveerd. Maak voor koud gebruik de vulling wel hoger op smaak.
Het is zeker 3 á 4 dagen houdbaar. Haal ten minste een halfuur voor gebruik uit de koeling, ook als hij weer in de oven moet: dan warmt hij sneller op waardoor de korst niet uitdroogt.
Gesauteerde pastinaak
Voor 4 personen:
- Boter
- 1 dikke teen knoflook, fijngehakt
- Anderhalf tot 2 flinke pastinaken, in de lengte gehalveerd, in plakken van 1 cm
- Scheutje donker bier
- Citroensap
Zo maak je het klaar:
- Verwarm een ruime pan met een lekkere klont boter. Voeg als die gesmolten is de knoflook en de pastinaak toe, fruit alles 2 minuten zonder te kleuren en blus af met bier. Breng het aan de kook en draai het vuur lager.
- Laat dit ongeveer 4 minuten beetgaar smoren, of net niet beetgaar als u hem later wilt gebruiken. Maak op smaak met een paar druppels citroensap en peper en zout.
Het gecombineerd op tafel zetten:
Schep op ieder bord aan de zijkant een charmant, luchtig hoopje pastinaak en zet een kleine pie in het midden van het bord. Eén mooie grote pie is wel zo feestelijk om in zijn geheel te serveren. Zet die in het midden van de tafel zodat iedereen een slank puntje naast de pastinaak kan leggen. Dat tweede puntje komt daarna wel ;). Met kleine beetjes tegelijk proef je hem veel beter.