Hoenderen, ganzen, eenden, kapoenen, duiven, kalkoenen, patrijzen, vinken, fazanten, leeuweriken, lijsters, kwartels en zelfs pauwen en kraanvogels. Allemaal gevogelte die gebruikt werden in de Middeleeuwen. Ze hingen aan het spit, zaten in taarten, pronkten op pasteienm zwommen in stoofpotten en dreven in sauzen, zoals in dit recept. Dit recept komt uit het info/kookboek “Kookboek van de Gouden Eeuw” samengesteld door Manon Henzen.
Voor 4 personen heb je nodig:
- 1 hele kip of vier kippenpoten
- 1,5 liter bouillon
- 1 bos zuring
- 2 ingelegde citroenen (te koop in Arabische winkels)
- 50 gram boter
- 2 stukjes foelie
- 1 tl zwarte peper
- 4 el verjus of milde azijn
Zo maak je het klaar:
- Snijd de kip in stukken (vleugels, poten, dijen en filets).
- Schenk de bouillon in een pan en breng aan de kook. Doe de stukken kip in de kokende bouillon en kook 10 minuten.
- Haal de kip uit de bouillon en laat hem uitlekken op een bord.
- Was de zuring, schud droog en hak in grove stukken. Snijd de ingelegde citroenen in de lengte in vieren en haal het vruchtvlees eruit. Spoel de citroenschillen goed af onder stromend water om ze te ontzouten. Snijd de schil in dunnen reepjes. Gooi het vruchtvlees weg.
- Verhit een bakpan op hoog vuur en smelt hierin de boter. Leg de stukken kip in de bruisende boter. Bak de kip in een paar minuten aan beide zijden mooi bruin.
- Temper het vuur en voeg dan de zuring, citroenschillen, foelie, peper en verjus toe. Laat het samen nog 10 minuten stoven.
- Proef de boter-verjussaus even. Hij moet zurig, pittig en vettig zijn.
