Gieser Wildeman en St. Remy ken je vast wel maar als ik winterrietpeer, winterjan of winterlouwtje zeg is de kans heel groot dat dit je niets zegt. Wat hebben ze gemeen? Het zijn allemaal stoofpeerrassen. De laatstgenoemde zijn een aantal van de inmiddels in vergetelheid geraakte ‘oude’ rassen. Rassen die niet (meer) interessant genoeg zijn voor de consument. Oftewel vaak commercieel niet aantrekkelijk genoeg. Gelukkig zijn er nog mensen die deze ‘oude’ rassen nog een warm hart toedragen en deze rassen proberen te behouden. Hieronder een makkelijk recept (nagerecht) waar je de Gieser Wildeman voor kunt gebruiken.
Dit heb je nodig:
- 2 blaadjes gelatine
- 250 gram stoofperencoulis*
- 60 gram fijne suiker
- 400 ml slagroom
Zo maak je het klaar:
- Week de gelatine een half uur in koud water.
- Meng de stoofperencoulis* en de suiker in een steelpan en verwarm, maar laat niet koken.
- Knijp de gelatine uit en meng door de coulis. Schep het geheel in een kom en laat was afkoelen. Meng er met een garde 100 milliliter slagroom door. Klop de rest van de slagroom stijf en schep door het stoofpeermengsel tot het egaal is.
- Spuit de mousse met een spuitzak in glaasjes of (weck)potjes, of vul het met een lepel.
- Laat ongeveer uur opstijven in de koelkast.
- Serveer met een halve (of kleine hele) stoofpeer en wat koekkruimels (bastogne of speculaasjes) en een lekkere bol romige vanille-ijs.
*Stoofperencoulis kun je makkelijk zelf maken: schil en kook partjes stoofperen tot ze goed gaar zijn en laat afkoelen. Pureer de peertjes met een beetje kookvocht tot de massa helemaal glad is.